Leefnetten en de leefnetcode

Het gebruik van leefnetten stond in het verleden wel eens ter discussie omdat ze vaak te klein en van ongeschikt materiaal zouden zijn. Onderzoek heeft aangetoond dat vissen er zonder problemen in overleven, mits het leefnet groot genoeg is, van het goede materiaal is gemaakt en op de juiste wijze wordt gebruikt. Met uitzondering van de wedstrijdvisserij is Sportvisserij Nederland binnen het sportvissen geen voorstander van het gebruik van leefnetten. De Leefnetcode (zie hieronder) dient als richtlijn voor sportvissers die tóch een leefnet willen gebruiken.



De Leefnetcode schrijft het volgende voor:

A. Een goed leefnet heeft de volgende eigenschappen:

  • diameter van 40 cm of meer
  • lengte van 2,5 meter of meer
  • maaswijdte van maximaal 6 mm
  • knooploos gemaakt
  • van zacht materiaal
  • voorzien van voldoende hoepels om het goed uit te leggen

B. De sportvisser dient er tijdens het vissen voor te zorgen dat:

  • een zo groot mogelijk deel van het net onder water ligt, zodat de vis het complete volume kan benutten;
  • het leefnet bij voorkeur horizontaal gestrekt in het water ligt;
  • golven geen vat op het leefnet hebben;
  • de vis zo kort mogelijk in het leefnet verblijft;
  • er niet te veel vis in het leefnet zit;
  • het leefnet na het vissen voorzichtig wordt leeggemaakt.


Leefnetten en de leefnetcode. Bron: Sportvisserij Nederland.